Statuten watersportvereniging Kraggenburg

NAAM
Artikel 1.
De vereniging draagt de naam: WATERSPORTVERENIGING W.S.v.K.
Zij is opgericht op 9 september 1981 en aangegaan voor onbepaalde tijd.

ZETEL
Artikel 2.
Zij heeft haar zetel te Kraggenburg

DOEL
Artikel 3.
1. De vereniging stelt zich ten doel de beoefening en de bevordering van de watersport.
2. Zij tracht dit doel ondermeer te bereiken door:
a. het beleggen van vergaderingen en bijeenkomsten, het houden van cursussen, lezingen;
b. het organiseren van wedstrijden en tochten;
c. het aanbrengen en het in stand houden van de nodige accommodatie;
d. het samenwerken met andere verenigingen die hetzelfde of nagenoeg hetzelfde doel nastreven;
e. andere middelen, die aan het doel bevorderlijk kunnen zijn.

LEDEN
Artikel 4.
1. Leden van de vereniging kunnen zijn personen van Nederlandse nationaliteit, die de 16 – jarige leeftijd hebben bereikt.
2. Het bestuur houdt een register bij waarin de namen en adressen van alle leden zijn opgenomen.

ERELEDEN, BUITENGEWONE LEDEN, ASPIRANTLEDEN EN BEGUNSTIGERS
Artikel 5.
1. Ereleden zijn zij, die op voordracht van het bestuur of de algemene vergadering als zodanig zijn benoemd, wegens hun verdiensten voor de vereniging of wel jegens het feit zich ten opzichte van het doel dat de vereniging nastreeft bijzonder verdienstelijk te hebben gemaakt.
2. Als buitengewone leden kunnen worden toegelaten, personen die niet voldoen aan het gestelde in artikel 4.
3. Aspirantleden zijn zij, die aan de activiteiten van de vereniging deelnemen, doch nog niet de in artikel 4 genoemde leeftijd hebben bereikt.
4. Begunstiger zijn zij, die zich bereid verklaard hebben de vereniging financieel te steunen met een door de algemene vergadering vast te stellen minimum bijdrage.
5. Ereleden, buitengewone leden, aspirantleden en begunstigers hebben geen andere rechten en verplichtingen, dan die welke hun bij of krachtens de statuten zijn toegekend en opgelegd.

TOELATING
Artikel 6.
1. Het bestuur beslist omtrent de toelating van leden, buitengewone leden, aspirantleden en begunstigers.
2. Bij niet toelating tot lid, buitengewoon lid of aspirantlid kan de algemene vergadering alsnog tot toelating besluiten.
3. Bij haar beslissing omtrent toelating als lid, buitengewoon lid, aspirantlid of begunstiger kan het bestuur zich laten bijstaan door een commissie als bedoeld in artikel 14 lid 3.

EINDE VAN HET LIDMAATSCHAP
Artikel 7.
1. Het lidmaatschap eindigt:
a. door overlijden van het lid;
b. door opzegging door het lid;
c. door opzegging namens de vereniging;
deze kan geschieden wanneer een lid heeft opgehouden aan de vereisten van het lidmaatschap bij de statuten gesteld te voldoen, wanneer hij zijn verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt, als ook wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.
d. door ontzegging;
Deze kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van de vereniging handelt of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt.
2. Opzegging van het lidmaatschap door een lid geschiedt schriftelijk aan de secretaris.
Opzegging namens de vereniging geschiedt bij aangetekende brief door het bestuur.
3. Opzegging van het lidmaatschap kan te allen tijde geschieden met inachtneming van een opzeggingstermijn van 4 weken.
Echter kan het lidmaatschap onmiddellijk worden beëindigd, indien van de vereniging of van het lid redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.
4. Een lid is niet bevoegd door opzegging van zijn lidmaatschap een besluit, waarbij de verplichtingen van de leden van geldelijke aard zijn verzwaard, te zijnen opzichte uit te sluiten.
5. Ontzetting uit het lidmaatschap geschiedt door de algemene vergadering. Betrokkene wordt van een besluit tot ontzetting bij aangetekende brief in kennis gesteld.
6. Van een besluit tot opzegging van het lidmaatschap door de vereniging op grond dat redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren, staat de betrokkene binnen vier weken na ontvangst van de kennisgeving van het besluit beroep open op de algemene vergadering. Hij wordt daartoe ten spoedigste van het besluit met opgave van redenen in kennis gesteld.
7. Wanneer het lidmaatschap in de loop van een verenigingsjaar eindigt, blijft desalniettemin de jaarlijkse bijdrage voor het geheel verschuldigd.

EINDE VAN DE RECHTEN EN VERPLICHTINGEN VAN BUITENGEWONE LEDEN, ASPIRANTLEDEN EN BEGUNSTIGERS.
Artikel 8.
1. De rechten en verplichtingen van een buitengewoon lid, van een aspirantlid en van een begunstiger kunnen te allen tijde wederzijds door opzegging worden beëindigd, behoudens dat de jaarlijkse bijdrage over het lopende verenigingsjaar voor het geheel blijft verschuldigd.
2. Opzegging namens de vereniging geschiedt door het bestuur.

JAARLIJKSE BIJDRAGEN
Artikel 9.
1. De leden, de buitengewone leden, aspirantleden en begunstigers zijn gehouden tot het betalen van een jaarlijkse bijdrage, die door de algemene vergadering zal worden vastgesteld. Zij kunnen daartoe in categorieën worden ingedeeld, die een verschillende bijdrage betalen.
2. Het bestuur is bevoegd in bijzondere gevallen gehele of gedeeltelijke ontheffing van de verplichtingen tot het betalen van een bijdrage te verlenen.

RECHTEN VAN ERELEDEN, BUITENGEWONE LEDEN, ASPIRANTLEDEN EN BEGUNSTIGERS.
Artikel 10.
1. Behalve de overige rechten die aan buitengewone leden, aspirantleden of begunstigers bij of krachtens deze statuten worden toegekend, hebben buitengewone leden en aspirantleden het recht de door de vereniging georganiseerde wedstrijden, oefeningen, cursussen en andere evenementen bij te wonen.
2. Ereleden hebben het recht alle algemene vergaderingen van de vereniging bij te wonen en daarin het woord te voeren, maar zij kunnen als zodanig geen stemrecht uitoefenen. Ereleden kunnen tevens gewoon lid zijn van de vereniging, uit welken hoofde zij bevoegd zijn alle ledenrechten uit te oefenen.

BESTUUR
Artikel 11.
1. Het bestuur bestaat uit een oneven door de algemene vergadering vast te stellen aantal van tenminste vijf personen, die door de algemene vergadering worden benoemd.
2. De benoeming van de bestuursleden geschiedt uit één of meer bindende voordrachten, behoudens het bepaalde in lid 3. Tot het opmaken van zulk een voordacht zijn bevoegd zowel het bestuur als tenminste een zodanig aantal leden, dat bevoegd is tot het uitbrengen van één/tiende gedeelte der stemmen. De voordracht van het bestuur wordt bij de oproeping voor de vergadering medegedeeld. Een voordracht door de hiervoor bedoelde groep van leden moet uiterlijk vijf dagen voor de aanvang van de vergadering schriftelijk bij het bestuur worden ingediend.
3. Aan elke voordacht kan het bindend karakter worden ontnomen door een met tenminste twee/derde van de uitgebrachte stemmen genomen besluit van de algemene vergadering.
4. Is geen voordracht opgemaakt, of besluit de algemene vergadering overeenkomstig het voorgaande lid de opgemaakte voordrachten het bindend karakter te ontnemen, dan is de algemene vergadering vrij in de keus.
5. Indien er meer dan één bindende voordracht is, geschiedt de benoeming uit die voordrachten.

EINDE BESTUURSLIDMAATSCHAP – PERIODIEK LIDMAATSCHAP – SCHORSING
Artikel 12.
1. Elk bestuurslid kan te allen tijde door de algemene vergadering worden ontslagen of geschorst. Een schorsing, die niet binnen 3 maanden gevolgd wordt door een besluit tot ontslag, eindigt door het verloop van die termijn.
2. Elk bestuurslid treedt uiterlijk 3 jaar na zijn benoeming af, volgens een door het bestuur op te maken rooster van aftreding. De aftredende is herkiesbaar.
Wie in een tussentijdse vacature wordt benoemd, neemt op het rooster de plaats van zijn voorganger in.
3. Het bestuurslidmaatschap eindigt voorts:
a. Door het eindigen van het lidmaatschap van de vereniging;
b. Door te bedanken.

BESTUURSFUNCTIES – BESLUITVORMING VAN HET BESTUUR
Artikel 13.
1. De voorzitter wordt door de algemene vergadering in functie gekozen. Het bestuur wijst uit zijn midden secretaris en een penningmeester aan. Het bestuur kan voor voorzitter, secretaris en penningmeester uit zijn midden een plaatsvervanger aanwijzen. Een bestuurslid kan meer dan één functie bekleden.
2. Van het verhandelde in elke bestuursvergadering worden door de secretaris notulen opgemaakt, die door het bestuur worden vastgelegd en ten blijke daarvan worden ondertekend door de voorzitter en de secretaris. In afwijking van hetgeen de wet dienaangaande bepaalt, is het oordeel van de voorzitter omtrent de totstandkoming en de inhoud van een besluit niet beslissend.

BESTUURSTAAK – VERTEGENWOORDIGING
Artikel 14.
1. Behoudens de beperkingen volgens de statuten is het bestuur belast met het besturen van de vereniging.
2. Indien het aantal bestuursleden beneden vijf is gedaald, blijft het bestuur bevoegd. Het is echter verplicht zo spoedig mogelijk een algemene vergadering te beleggen, waarin de voorziening in de open plaats of de open plaatsen aan de orde komt.
3. Het bestuur is bevoegd onder zijn verantwoordelijkheid bepaalde onderdelen van zijn taak te doen uitvoeren door commissies, die door het bestuur worden benoemd.
4. Het bestuur is, mits met goedkeuring van de algemene vergadering, bevoegd tot het sluiten van overeenkomsten tot het kopen, vervreemden of bezwaren van registergoederen. Op het ontbreken van deze goedkeuring kan door en tegen derden beroep worden gedaan.
5. Het bestuur behoeft eveneens goedkeuring van de algemene vergadering voor besluiten tot:
a. Het aangaan van overeenkomsten, waarbij aan de vereniging een bankkrediet wordt verleend;
b. Het ter leen opnemen van gelden, waaronder niet is begrepen het gebruikmaken van een aan de vereniging verleend bankkrediet.
Op het ontbreken van deze goedkeuring kan door en tegen derden geen beroep worden gedaan.
6. Onverminderd het in de laatste volzin van lid 4 bepaalde, wordt de vereniging in en buiten rechte vertegenwoordigd door de voorzitter, de secretaris of de penningmeester tezamen met een ander bestuurslid.

JAARVERSLAG – REKENING EN VERANTWOORDING
Artikel 15.
1. Het verenigingsjaar loopt van 1 april tot en met 31 maart.
2. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereniging zodanige aantekeningen te houden, dat daaruit te allen tijde haar rechten en verplichtingen kunnen worden gekend.
3. Het bestuur brengt op een algemene vergadering binnen 6 maanden na afloop van het verenigingsjaar, behoudens verlening van deze termijn door de algemene vergadering, zijn jaarverslag uit en doet, onder overlegging van een balans en een staat van baten en lasten, rekening en verantwoording over zijn in het afgelopen verenigingsjaar gevoerd bestuur.
4. De algemene vergadering benoemt jaarlijks uit de stemgerechtigde leden een commissie van tenminste twee personen, die geen deel mogen uitmaken van het bestuur. De commissie onderzoekt de rekening en verantwoording van het bestuur en brengt aan de algemene vergadering verslag van haar bevindingen uit.
5. Het bestuur is verplicht aan de commissie alle door haar gewenste inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te vertonen en inzage van de boeken en bescheiden der vereniging te geven.
6. De last van de commissie kan te allen tijde door de algemene vergadering worden herroepen, doch slechts door de benoeming van een andere commissie.
7. Het bestuur is verplicht de bescheiden bedoeld in de leden 2 en 3, tien jaren te bewaren.

ALGEMENE VERGADERINGEN
Artikel 16.
1. Aan de algemene vergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe, die niet door de wet of de statuten aan het bestuur zijn opgedragen.
2. Jaarlijks, binnen 6 maanden na afloop van het verenigingsjaar, wordt een algemene vergadering – de jaarvergadering – gehouden. In deze vergadering komen onder meer aan de orde:
a. Het jaarverslag en de rekening en verantwoording, bedoeld in artikel 15, met het verslag van de aldaar bedoelde commissie;
b. De benoeming van de in artikel 15 bedoelde commissie voor het lopende verenigingsjaar;
c. De benoeming van bestuursleden;
d. Voorstellen van het bestuur of de leden, aangekondigd bij de oproeping voor de vergadering.
3. Andere algemene vergaderingen worden gehouden zo dikwijls het bestuur dit wenselijk oordeelt.
4. Voorts is het bestuur, op schriftelijk verzoek van tenminste een zodanig aantal leden als bevoegd is tot het uitbrengen van een/tiende gedeelte der stemmen, verplicht tot het bijeenroepen van een algemene vergadering op een termijn van niet langer dan vier weken. Indien aan het verzoek binnen 14 dagen geen gevolg is gegeven, kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping overgaan door middel van een advertentie in een veel gelezen dagblad en door mededeling op het in het clubgebouw aanwezige mededelingenbord.

TOEGANG EN STEMRECHT
Artikel 17.
1. Toegang tot de algemene vergaderingen hebben alle leden van de vereniging, alle ereleden, buitengewone leden, aspirantleden en begunstigers. Behoudens tot vergaderingen genoemd in artikel 7 lid 6 hebben geschorste leden en geschorste bestuursleden geen toegang.
2. Over toelating van andere dan in lid 1 benoemde personen beslist de vergadering.
3. Buitengewone leden en begunstigers hebben het recht tijdens de algemene vergaderingen het woord te voeren, tenzij de algemene vergadering anders beslist.
4. Ieder lid dat niet geschorst is, heeft één stem.
5. Een lid kan zijn stem door een schriftelijk daartoe gemachtigd ander lid uitbrengen. Een gemachtigde kan niet meer dan drie leden vertegenwoordigen.

VOORZITTERSCHAP EN NOTULEN
Artikel 18.
1. De algemene vergaderingen worden geleid door de voorzitter van de vereniging of zijn plaatsvervanger. Ontbreken de voorzitter en zijn plaatsvervanger, dan treedt één der andere bestuursleden, door het bestuur aan te wijzen, als voorzitter op. Wordt ook op deze wijze niet in het voorzitterschap voorzien, dan voorziet de vergadering daarin zelve.
2. Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris of een ander door de voorzitter daartoe aangewezen persoon notulen gemaakt, die in de eerstvolgende vergadering worden vastgesteld en alsdan door de voorzitter en de notulist worden ondertekend.

BESLUITVORMING VAN DE ALGEMENE VERGADERING
Artikel 19.
1. Het ter algemene vergadering uitgesproken oordeel van de voorzitter, dat door de vergadering een besluit is genomen, is beslissend. Hetzelfde geldt voor de inhoud van een genomen besluit, voor zover gestemd werd over een niet schriftelijk vastgelegd voorstel.
2. Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van het in het eerste lid bedoelde oordeel de juistheid daarvan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats wanneer de meerderheid van de vergadering of indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, ene stemgerechtigde aanwezige, dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
3. Voor zover de statuten of de wet niet anders bepalen, worden alle besluiten genomen met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen.
4. Blanco en ongeldige stemmen worden beschouwd als niet te zijn uitgebracht.
5. Indien bij stemming over personen niemand de volstrekte meerderheid der uitgebrachte stemmen op zich heeft verenigd, wordt een tweede stemming gehouden tussen de personen, die het grootste en het op één na grootste aantal der uitgebrachte stemmen hebben verkregen en is hij gekozen, die bij de tweede stemming de stemmen staken, beslist het lot.
6. Indien stemmen staken over een voorstel niet rakende verkiezing van personen, dan is het voorstel verworpen.
7. Alle stemmingen geschieden mondeling, tenzij de voorzitter een schriftelijke stemming gewenst acht of één der stemgerechtigden zulks vóór de stemming verlangt. Schriftelijke stemming geschiedt bij ongetekende, gesloten briefjes.
Besluitvorming bij acclamatie is mogelijk, tenzij een stemgerechtigde hoofdelijke stemming verlangt.

BIJEENROEPING ALGEMENE VERGADERINGEN
Artikel 20.
1. De algemene vergaderingen worden bijeengeroepen door het bestuur, onverminderd het bepaalde in artikel 16, lid 4. De oproeping geschiedt schriftelijk aan de adressen van de leden, buitengewone leden, aspirantleden en begunstigers volgens het ledenregister bedoel in artikel 4.
De termijn voor de oproeping bedraagt tenminste 14 dagen.
2. Bij oproeping worden de te behandelen onderwerpen vermeld, onverminderd het bepaalde in artikel 21.

STATUTENWIJZIGING
Artikel 21.
1. In de statuten van de vereniging kan geen verandering worden gebracht dan door een besluit van de algemene vergadering, waartoe is opgeroepen met de mededeling dat aldaar wijzigingen van de statuten zullen worden voorgesteld.
2. Zij die de oproeping tot de algemene vergadering ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten tenminste vijf dagen voor de dag van de vergadering een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgedragen statutenwijziging woordelijk is opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage leggen tot na afloop van de dag waarop de vergadering wordt gehouden. Bovendien wordt een afschrift als hiervoor bedoeld bij de oproep tot de desbetreffende vergadering aan alle leden toegezonden.
3. Ten besluit tot statutenwijziging behoeft tenminste drie/vierde van de uitgebrachte stemmen in een vergadering, waarin tenminste drie/vierde van de leden tegenwoordig of vertegenwoordigd is. Zijn niet tenminste drie/vierde van het aantal leden tegenwoordig of vertegenwoordigd, dan wordt binnen vier weken daarna een tweede vergadering bijeengeroepen en gehouden, waarin over het voorstel zoals dat in de vorige vergadering aan de orde is geweest, ongeacht het aantal tegenwoordige of vertegenwoordigde leden, kan worden besloten, mits met een meerderheid van tenminste drie/vierde van de uitgebrachte stemmen.
4. Een statutenwijziging treedt niet in werking dan nadat hiervan ene notariële akte is opgemaakt.

ONTBINDING
Artikel 22.
1. De vereniging kan worden ontbonden door een besluit van de algemene vergadering. Het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 van het vorige artikel is van overeenkomstige toepassing.
2. Het batig saldo van vereffening zal worden bestemd voor door de algemene vergadering te bepalen doeleinden, zoveel mogelijk in overeenstemming met het doel van de vereniging, tenzij de inachtneming van hetgeen door de wet wordt bepaald.

HUISHOUDELIJK REGLEMENT
Artikel 23.
1. De algemene vergadering kan bij huishoudelijk reglement nadere regels geven omtrent alle onderwerpen, waarvan de regeling haar gewenst voorkomt.
2. Het huishoudelijk reglement mag niet in strijd zijn met de wet, ook waar die geen dwingend recht bevat, noch met de statuten.

Artikel 24
De vereniging kan in naam van de leden vechtingen aangaan, voor zover die verplichtingen voortvloeien uit de omstandigheid dat de vereniging lid is van het Koninklijk Nederlands Watersport Verbond.